Hoe Build Your Dreams een ware nachtmerrie werd

DoorRedactie

23 augustus 2023

BYD, of voluit Build Your Dreams, wordt door meerdere media genoemd als ware “Teslakiller”. Een statement dat we niet onberoerd konden laden. Om te testen of BYD nu echt zo’n grote concurrent is, stapten we op het bedrijf af om de BYD Tang te testen. Het resultaat is om te huilen. De wagen ‘slaat als een Tang op een varken’ en bezorgde ons nachtmerries.

We openen het artikel met harde woorden: De BYD Tang is de slechtste (elektrische) wagen waar we al mee reden. Voor een test reden we met de Tang naar Parijs en het is een mirakel dat we weer thuis zijn geraakt. De batterij was bij vertrek volledig opgeladen en volgens de boordcomputer zouden we hiermee 420 km moeten kunnen rijden op één lading. Ruimschoots genoeg om de trip van 300 km uit West-Vlaanderen te maken. Echter, het was voor Kortrijk al duidelijk dat de range sneller daalt dan dat je ‘dumpling’ kan zeggen. We zouden het dus niet halen in één trek. Na 260 km arriveerden we met nog 10% batterij bij de Ionity snellader (300 kW) in Saint-Witz. Niet onbelangrijk, we reden altijd in de ECO-modus en in de hoogste stand van het regeneratief remmen. Voor het eerst in lange tijd hadden we opnieuw range-anxiety.

Laadpaal defect?

Bij het inpluggen van de BYD Tang steeg het laadvermogen niet naar het snellaadniveau dat een DC-laadpaal zou moeten leveren. We bleven hangen op 2 kW, waardoor we dachten dat er een probleem was met de laadpaal. Na vijf minuten steeg het vermogen abrupt naar 115 kW. Vreemd, maar dus geen defecte laadpaal. Het voltage wordt zeer traag opgebouwd, om bij 650 V pas te beginnen snel te laden. Wederom vreemd voor een wagen op een 800 V platform. Ook de laadcurve is dramatisch. Al vanaf 40% daalde het laadvermogen naar 72 kW en vanaf 60% halen we zelfs de 50 kW niet meer. Met 65% batterij zetten we onze tocht richting de Avenue des Champs-Élysées verder, een tocht van 40 km. Daar aangekomen konden we AC laden. Opnieuw een koude douche, gezien dit alleen enkelfasig mogelijk is tegen 7,4 kW. Met een batterij van 88 kWh blijf je wel even hangen aan de stekker.

Ook de rit van Brugge naar Parijs was niet de aangenaamste. Nog voor we vertrokken moesten we ons verdiepen in de instellingen van de wagen om een hele hoop irritante piepjes en meldingen uit te zetten. Zo blijft de wagen onafgebroken piepen bij amper één km/u over de snelheidslimiet. De hiervoor gebruikte verkeersbordenherkenning kan geen onderscheid maken tussen reguliere verkeersborden, onderborden en andere stickers zoals op de achterkant van een vrachtwagen. Het is ons meermaals voorgevallen dat de wagen ergens een bordje 50 km/u op pikte op de Franse autosnelweg. Bij gebruik van de actieve cruise controle zouden we zo volop in de remmen zijn gegaan. Uitschakelen dus die handel. Alsof dat je nog niet genoeg geïrriteerd heeft, is er ook nog het zeer luide elektronische gezoem onder de 30 km/u. Allemaal veilig aan de buitenkant voor voetgangers, maar waardeloos in de cabine.

Tot overmaat van ramp werden onze laadsessies tijdens de testweek maar liefst vijf maal onderbroken. Een probleem dat we ook regelmatig horen terugkeren bij anderen. Bij de laatste laadfout konden we niet meer boven de 22% geraken aan een DC-laadpaal. Verder laden aan 7,4 kW wisselstroom was het enige alternatief.

Vreemd rijgedrag

Verder kunnen we weinig goeds zeggen over het weggedrag van de BYD. Op de website wordt geadverteerd met een “race-car level chassis”. “Het chassis staat garant voor onafgebroken comfort, stabiliteit en soepelheid – ongeacht de rijsnelheid”, aldus BYD. We vielen bijna van onze stoel toen we dit lazen. We hopen dan ook sterk dat geen enkele racepiloot deze ervaring moet meemaken. De wagen geeft 0 feedback van de wielen en er zit ook veel speling op het stuur. Hierdoor gaat het stuur zijn eigen leven leiden en lijkt het of de wagen constant gecorrigeerd wordt. Het gevoel van een nerveuze lane-assist, ook al staat deze volledig uit. De hoogste recuperatie-stand is niet sterk genoeg om de wagen voldoende af te remmen. Het lijkt wel of deze helemaal geen energie recupereert, ook al toont het dashboard dit wel aan.

En binnenin?

Aan alles merk je dat de BYD Tang gewoon een overstockproduct is dat gehaast op de Europese markt is gedropt. Het infotainmentsysteem is bijvoorbeeld enkel beschikbaar in het Engels of het Chinees. Ook al draait dit op Android Automative, Apple Carplay en Android Auto zijn niet beschikbaar. Haal die oude GSM-houder dus maar van onder het stof. Het systeem is responsief en heeft zeker potentieel, maar dit wordt niet benut door de idiote apps zoals een selfiecamera en een fotoalbum. De radio moet altijd opnieuw opgezet worden in de app en zet deze gerust maar wat luider om het windgeluid in het interieur te overtreffen. Positief zijn we wel over de nep leren zetels die comfortabel zitten en goed voorzien zijn van vulling. Al vragen we ons wel af hoe lang deze zullen meegaan. Na amper 7.500 km op de teller zijn heel wat materialen al verkleurd. We hebben dan ook onze bedenkingen over de kwaliteit. Tenslotte lijkt ook het dashboard op een heuse BYD-toonzaal door de vele verschillende materialen. Onze testwagen had maar liefst vier verschillende sierlijsten: leer, zwart plastic, aluminium en alcantara.

In de wandelgangen horen we dat dit geen alleenstaand geval is. Menig collega is het eens dat de BYD Tang niet klaar is voor de Europese markt. In een wagen van € 30.000 zouden we dit allemaal kunnen slikken, maar de BYD Tang kost € 72.140. Voor zo’n bedrag voelen we ons toch in het zak gezet. Conclusie, BYD staat voor Build Your Disaster

DoorRedactie

error: Piraterij is een misdrijf!