De Alfa Romeo Milano werd vorige week pas voorgesteld, maar heeft nu al een nieuwe naam. Zeg niet langer Milano, maar Junior tegen deze eerste volledig elektrische wagen van het merk.
De Alfa Romeo Milano is een veelbesproken wagen de afgelopen dagen. Niet alleen omdat dit de eerste BEV van het merk is, maar ook omdat het design heel wat losmaakt bij onze lezers. Wat je er ook van mag denken, de naam kun je alvast vergeten. Vanaf nu gaat deze elektrische wagen door het leven als Alfa Romeo Junior. De reden hierachter moeten we zoeken bij de Italiaanse overheid. Zij waren namelijk niet opgezet met de benaming omdat deze suggereert dat de wagen in Italië wordt gemaakt, terwijl hij eigenlijk in het Poolse Tychy van de band zal rollen. Hoewel Alfa Romeo van mening is dat de naam voldoet aan alle wettelijke eisen en dat er zaken zijn die veel belangrijker zijn dan de naam van een nieuwe auto, heeft Alfa Romeo besloten de naam te veranderen van “Milano” in “Alfa Romeo Junior”.
Milano Naam is niet OK? “Alfa Romeo Junior’ dan!
Kat-en-muisspel
Volgens Alfa is de naam Milano helemaal geen suggestie dat de wagen in die regio geproduceerd wordt, maar een ode aan de oprichting van het merk in 1910. Milaan is namelijk de geboortestad van Alfa Romeo. Bovendien werd de naam gekozen door Alfisti wereldwijd. Alfa geeft trouwens te kennen dat ze niet lang hebben moeten zoeken naar een nieuwe naam. Ze hadden namelijk duizenden inzendingen ontvangen, waardoor het maar een kwestie was om even door de lijst te gaan. Uiteindelijk viel de keuze dus voor Junior, een verwijzing naar de GT 1300 Junior uit 1966.
Hoewel Alfa dus voet bij stuk blijft houden dat er niets mis was met de gekozen naam, zwicht het nu toch voor de kritiek van de overheid. Mogelijk zit het kat-en-muisspel dat op dit moment aan de hang is tussen Stellantis en de overheid daar voor iets tussen. Stellantis CEO Carlos Tavares dreigt er namelijk mee om alle Italiaanse fabrieken te sluiten als de overheid beslist om Chinese spelers naar Italië te halen. Als reactie daarop beginnen de functionarissen van de regering van Giorgia Meloni nu dus te reageren.